Bevers in de buurt van Paridaens

Bart, de klusjesman op school, heeft onlangs enkele bevers in de Dijle gespot.

Wikikids: bevers
Spreekbeurten: de bever
Natuurpunt: bevers
De bever is het grootste knaagdier van Europa.
De soort is vooral bekend om zijn zelfgebouwde dammen en zijn afgeplatte staart.

In 1988 is de bever opnieuw uitgezet in Nederland.
Met succes.
Sindsdien zijn er heel veel bevers.

Zijn de bevers wel fijne dieren?

Waarom knaagt een bever?

Schooltv: de bever
Wikikids: de bever
Jeugdbieb: de bever

Deze foto’s kon hij trekken. En ook nog een filmpje filmen.

Hartelijk dank, Bart!

“In sommige culturen wordt de bever beschouwd als een totemdier dat specifieke spirituele kwaliteiten belichaamt en een beschermer of gids is. Totembevers vertegenwoordigen kwaliteiten als vastberadenheid, hard werken en eenheid, en men gelooft dat ze bescherming en steun bieden aan individuen en gemeenschappen.”

Op het menu van de bever staan: bladeren, twijgen en bast van bomen (wilg en populier zijn favoriet) en wortelstokken.
Ze weinig of geen naaldhout.
In de zomer eten ze kruidachtige water- en landplanten.
Bevers eten geen vlees. Ze leven van water- en moerasplanten, kruiden, grassen, bladeren. Daarnaast eten ze de bast en takjes van bomen met zachte houtsoorten, zoals de wilg en populier. Het hout zelf wordt niet gegeten, dat nemen ze mee om burchten en dammen van te bouwen. 



Alles over de bever (onze natuur)

“Een burcht is een instorting van een hol, waarop een dak is gebouwd met takken en modder. Veel van de takken hebben kenmerkende bevervraat. Holen van bevers zijn meestal lastig of niet te zien. Ze zitten onder water, zodat de bever ongezien zijn hol in en uit kan.”


“Een burcht is een ondergronds dierenverblijf met meerdere ingangen, die door kleine zoogdieren wordt gegraven. De burcht wordt gebruikt om te schuilen, te slapen, te eten en om jongen te werpen. Vossen willen nog weleens de burcht van een ander dier in gebruik nemen, waarbij de oorspronkelijke bewoner wordt verjaagd.”

De bever is het grootste knaagdier van Europa (70 – 100 cm).

“Door zijn foerageergedrag laat de bever nogal wat sporen achter. Zo worden bomen, met name in het winterseizoen, omgeknaagd voor het aanleggen van een eventuele wintervoorraad. Bij het omknagen van een boom wordt op een hoogte van enkele centimeters tot een halve meter hoogte een zandlopervormige inkeping gemaakt. Bij afgeknaagde takken of dunne bomen ontstaat een schuin snijvlak. Rond de plaats waar de bever heeft geknaagd liggen vaak grove spaanders van 3 tot 4 cm breedte en 10 tot 12 cm lengte. De bever knaagt bomen tot wel 60 cm doorsnede door, en soms ook wel dikkere bomen. Vervolgens wordt een boom in stukken van 1 meter of meer geknaagd en naar de waterkant gesleept om van de bladeren, twijgen en bast te eten. Ook worden delen naar een dam of burcht gesleept.

De tandafdrukken, die ongeveer 8 mm breed zijn, zijn duidelijk zichtbaar op de stam, de tak en op de spaanders. In het water zijn vaak afgeknaagde en geschilde takken van bomen te vinden, waarop tandafdrukken meestal nog zichtbaar zijn.” (zoogdierenvereniging)



Plaats een reactie